maandag 17 januari 2011

Een filosofisch intermezzo - Gedachteexperimenten

Een blog voor de liefhebbers van filosofie waarin ik een uiteenzetting maak van diverse onderwerpen

Laten we eens beginnen met een voor mij favoriet onderwerp: ADHD. Sinds half december ben ik namelijk gestopt met medicatie. Het zogenaamde "netto-effect" was verdwenen. Nu vraagt men zich waarschijnlijk af "wat is een netto-effect?".
Netto-effect is mijn eigen bewoording voor het effect waarbij de gevolgen direct waarneembaar zijn. Toen ik net begon met mijn medicatie ervoer ik voor het eerst wat het was om "rust te hebben" in mijn hoofd. Langzaam werd er echter naar mijn idee een soort proces van "gewenning geïnduceerd". Wat mensen altijd vergeten is dat medicatie een effect heeft op de menselijke psyche - een dynamisch systeem waarbij diverse factoren van invloed zijn en wij als mensen naar mijn mening nog steeds veel te weinig over weten.
Zoals wij weten wordt ADHD gediagnosticeerd door een psycholoog.

In feite is de pyschologie hoe wetenschappelijk onderbouwt het ook is, niks anders dan het vastleggen van een causaal verband tussen gedragspatronen waarvan de crux gefundeerd is om zo objectief mogelijk waarnemingen te verrichten op het te onderzoeken object. Dit object is dus breed invulbaar, maar meestal is hier sprake van een mens waarbij er dus ook nog sprake is van een wederzijdse interactie dat naar mijn mening niet altijd bevoordelijk is voor de waarneming. Maar dat terzijde.
Ik had een tijd geleden nog een discussie met een vriend van mij over het concept "objectiviteit". Hij zei: "objectiviteit bestaat niet, want wij nemen per definitie waar door middel van onze emoties".
Dit kan ik beamen, tenslotte heb ik zelf ook het nodige over dit thema geschreven. Toch was ik het niet met hem eens, want ik ben van mening dat je als persoon daadwerkelijk in staat ben om een bepaalde situatie achteraf "objectief te analyseren".
Herinneringen zijn andere substanties dan cognities, hoewel het verschil tussen beiden de grootte is van een atoomlaag om een bijzondere analogie te gebruiken. Waar een cognitie de som is van een waarneming waarbij er sprake is van een emotionele invulling van de desbetreffende waarneming is een herinnering het terughalen van het desbetreffende cognitie en dat gaat niet per definitie gepaard met de emoties die op dat moment werden opgeroepen door de waarneming.

Secundair zou je kunnen stellen dat er ook sprake moet zijn van een drempelwaarde dat bereikt moet worden willen emoties tot uiting komen. Angst kan zich in elk willekeurig object manifesteren. Uit eigen ervaringen durf ik te stellen dat deze emotie de laagste drempelwaarde bevat van alle emoties van ons lichaam, want angst gaat altijd gepaard met diverse cognities die worden voortgebracht door ons verbeeldingsvermogen en dus niet representief zijn voor de realiteit. En juist dat is hetgeen dat het zo lastig maakt, dat "onderscheid leren maken tussen realiteit en voorstelling".
Probleem is dat er vlak daarna andere emoties de kop opsteken, want de aanwezigheid van een langdurig gevoel van angst zal resulteren in een gedragspatroon dat wordt beheerst door de gewaarwording van deze emotie. Hierdoor zullen andere emoties ook in het gedrang komen, want deze krijgen dan niet de mogelijkheid om tot uiting te komen in het gedrag, de ironie is dat deze gefundeerd zijn op het gemis van het ervaren van diverse emoties waarvan wij op dat moment alleen een voorstelling kunnen maken zonder deze daadwerkelijk te ervaren. En ook hiervoor bestaan er verschillende medicatie.

Het meest bijzondere is wellicht het feit dat de wetenschap ook nog steeds niet bekend is wat nou de precieze werking is van de diverse psychostimulantia, waar dus ritalin en aanverwante medicijnen onder vallen. Dat is niet zo vreemd, omdat de enige verkrijgbare meetbare data hetgeen is dat wordt verkregen uit in vitro experimenten - experimenten die worden uitgevoerd "buiten het lichaam".
Indien er sprake is van een monsterafname (bloed, weefsel, noem maar op) dan is het nog maar de vraag hoe representatief het monster is voor de toestand in het lichaam, want het monster bevindt zich nog altijd buiten het lichaam. Ook dit is weliswaar wetenschappelijk vastgesteld, maar alleen doordat er sprake is van een vooropgesteld referentiekader.
Helaas kunnen wij niet zomaar metingen verrichten in het lichaam, afgezien van methoden waarbij een radioactief label wordt ingespoten. Maar voor onderzoek naar de bioelektrochemische werking van hersenen gaat dat zo lastig, het is niet aan te raden om een radioactief labeltje in je hersenen te laten rondzweven.
Gelukkig zijn wij in staat om hersenscans te maken door in kaart te brengen wat de bioelektrochemische werking is van diverse hersenhelften. En toch weet men uiteindelijk nog steeds niet wat nou precies het mechanisme is dat ADHD veroorzaakt.

Vandaag heb ik bij wijze van een experimentje voor het eerst sinds een maand tijd een pilletje ingenomen. En wonder boven wonder kreeg ik waarschijnlijk hoofdpijn ervan!? De vraag die ik mijzelf echter stel is de volgende: zou de hoofdpijn ook een zelf-geïnduceert effect zijn als gevolg van mijn onderliggende angst om toch tot de ontdekking te komen dat ik afhankelijk ben van medicatie of is dit een signaal dat mijn hersenen dusdanig in staat is om prima te functioneren zonder de hulp van methylfenidaat?.
Ik heb hem nog niet beantwoord, maar ik sluit deze blog wel af met de volgende quote: "Het enige dat ik weet, is dat ik helemaal niks weet" - Socrates

Mensen, ik wens ieder een hele fijne dag toe!
Een dikke knuffel van jullie semi-filosoof Halbe

Geen opmerkingen:

Een reactie posten