zondag 5 augustus 2012

Memento mori - Vergankelijkheid van het leven

Op het moment van schrijven bevind ik mij op een emotioneel dieptepunt. Niet dat ik depressief ben, integendeel, het zijn dagen als vandaag waardoor ik het leven op een intense manier ervaar, dat ik het leven op allerlei diverse facetten leer mee te maken. Ik ben emotioneel uitgeput, dat is een ding dat zeker is en ik voel de pijn van verlies in de diepte krochten van mijn ziel, terwijl de persoon die heen is gegaan eigenlijk niet eens bijster dicht bij mij stond.

De telefoon ging 's morgens vroeg, toen wij beiden (mijn vriendin Cynthia en ik) nog in bed lagen. Cynthia's tante C had gebeld, haar man R was zojuist overleden in het ziekenhuis. Cynthia kon hem haar hele leven, dus de schok was voor haar des te groter, even werd zij overweldigd door alle emoties. Na haar tot rust te hebben gemaand, gingen we eerst een poging doen om tot rust te komen. Eerst even snel douchen om wakker te worden en daarna nog snel een hapje eten, want het zou weleens heel laat kunnen worden.
Uiteindelijk aangekomen in het ziekenhuis werden we geconfronteerd met het zielloos lichaam van R. Het is een onbeschrijvelijk gevoel wat je op dat moment ervaart. Eigenlijk gingen mijn zorgen voornamelijk uit naar C, want zij heeft alles meegemaakt en zij stond opeens alleen voor alles, omdat iedereen (behalve wij) op vakantie was. Weliswaar in het land, maar dan nog zou het anderhalf uur duren voordat iedereen terug in Den Haag was.

Daar waren we dan, in het ziekenhuis, in een beladen situatie waarin iedereen nog vol emoties was. Langzaam maar zeker druppelden de familieleden binnen en werd iedereen geconfronteerd met het bericht dat de wereld was ingegaan, R was niet meer.
Ik beschouw mijzelf nog als een soort buitenstaander van de familie. Ik vind niet dat ik het recht heb om keihard te stellen dat ik nu al bij de familie hoor, ook al heb ik een relatie met Cynthia en ook al is er sprake van wederzijdse gevoelens van acceptatie en weet ik dat kwa gevoel binnen de familie al ben geaccepteerd als een soort familielid zijnde. Een dag als vandaag is als het ware een soort test voor mij. Niet dat ik handelde alleen maar met de gedachte om dichter bij Cynthia's familie te kunnen komen, nee ik handelde uit onbaatzuchtigheid, uit steun en uit de wetenschap dat ik weet hoe diep het gevoel van verlies kan gaan. Natuurlijk ervaart iedereen het leven op diens individuele manier, maar dat betekent niet dat ik geen begrip kan hebben voor hoe iemand zich in een dergelijke situatie zich voelt, wat voor leegte er ontstaat bij zo een enorm ingrijpende gebeurtenis.

Uiteindelijk begonnen ook bij mij de tranen te stromen, zomaar uit het niets. We waren allang thuis in het huis van C om alle zaken m.b.t. de uitvaart te regelen. Al hoewel ik wel enkele keren een krop in mijn keel kreeg bij het lezen van de verschillende gedichten die boven een rouwkaart staan. Het enige waar ik aan kon denken was 'stel dat ik zou heengaan, of dat iemand van mijn eigen naaste familie komt te overlijden, wat een enorm verdriet zal dat teweegbrengen'.
Eigenlijk is dat een hele rare gedachte, want tegelijk met die gedachte wordt je geconfronteerd met de eindigheid van het leven, er was één term die daarna constant door mijn hoofd zweefde:memento mori - de vergankelijkheid van het leven. Wij gaan allemaal dood, geen enkel levend wezen kan ontsnappen aan het sluitend einde van de rit des levens. Het is best wel bitter om dit te realiseren, dat alles wat wij doen niks zal uitmaken, want ooit is het onze tijd om te gaan. En toch weigeren wij dit te accepteren, of althans, wij weigeren ons allemaal neer te leggen bij het feit dat wij allemaal eens zullen heengaan. Het moment dat je je als individu het handelen laat beperken door deze kennis, is het moment dat het nihilisme zijn intrede doet, dat het leven geen enkele meerwaarde weer heeft.

En dat mijn vrienden is een waarlijk gevaarlijke gedachte. Want iemand die zichzelf dood waant, zal geen waarde hechten aan het leven en is zelfs beter af dood dan levend, dan is het leven voor de persoon in kwestie een ware lijdensweg. En het is op dit punt dat religie en het geloof ons houvast kan bieden, wij willen niet accepteren dat wij leven om te eindigen in het niets, wij willen en kunnen als mensen niet accepteren dat de ziel een substantie is dat mogelijkerwijze een fantast is, een fenomeen dat wij zelf hebben bedacht als een verwezenlijking van het leven dat onlosmakelijk verbonden is met ons zintuigelijk lichaam.
En waarom niet? Ignorance is bliss, het kan de pijn verzachten als je durft te geloven in bovenzintuigelijke fenomenen. En is dat alleen niet de moeite waard om in te geloven als nabestaande zijnde?

Mijn vrienden, dank voor het lezen van deze persoonlijke blog. Mijn hoofd krijgt momenteel geen rust, hoe hard ik ook mijn best doe. En hopelijk vind ik nu de rust waar ik op het moment bijzonder naar verlang, door al mijn gedachten, mijn gevoelens en mijn verdriet op digitaal papier te zetten.
Een hele dikke knuffel van Halbe, jullie semi-filosoof.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten