Het geloof is de hoogste hartstocht in een mens. Misschien zijn er in elke generatie velen die er niet eens aan toe komen, maar niemand komt verder. Of er ook in onze tijd velen zijn die het geloof niet ontdekken, wil ik niet uitmaken. Ik durf me alleen op mezelf te beroepen, en dan verberg ik niet dat het zijn tijd met mij nog duurt. Maar daarom wil ik mijzelf of het grote nog niet bedriegen door het geloof tot iets onbetekenends te maken, een soort van kinderziekte die je zo snel mogelijk te boven moet zien te komen. Maar ook voor degene die niet eens tot bij het geloof komt, heeft het leven opgaven genoeg. En als hij die eerlijk liefheeft, is zijn leven allerminst verspeeld, ook al wordt het nooit gelijk aan dat ven hen die het hoogste vernomen en gegrepen hebben. Maar hij die tot het geloof komt (en daarbij maakt het niet uit of hij eenvoudig is of buitengewoon begaafd), blijft niet staan bij het geloof. [...] Hij zou zeggen: 'Ik blijft helemaal niet staan, want ik leef erin'. Toch komt hij ook niet verder, hij komt niet tot iets anders. Want als hij dat zou ontdekken, dan heeft hij daarvoor een andere verklaring. -
Soren Kierkegaard -
Vrees en Beven, pagina 130/131.
Religie is een lastig concept om te bevatten, vooral voor mensen als ik heeft religie totaal geen meerwaarde. Ik heb geen geloof in een God, of een macht dat boven mij staat. Ik heb ooit in een vorige blog de volgende woorden geschreven:
God is Dood. Een paar jaar later heb ik een poging gedaan om een serie te wijden aan de onlosmakelijk verbonden concepten van God, Geloof en Religie. Helaas ben ik gestopt bij de derde essay, waarin ik op een dieper niveau mijn gedachten op constructieve wijze ging uitten in een poging een beter begrip te ontwikkelen van het concept
religie. Het uitgangspunt van deze essay is echter niet om een filosofisch accurater begrip te vormen van het concept religie, nee ik ben eens gaan nadenken hoe het komt dat dit begrip in onze moderne maatschappij is verworden tot een soort van scheldwoord, hoe het komt dat religie in ons tijdperk in zekere zin wordt gedemoniseerd tot een ouderwetse denkwijze dat enkel wordt toegeschreven aan mensen die vanwege een gebrek aan intelligentie op die manier de werkelijkheid proberen te aanschouwen.
Religie is niet meer van deze tijd en de verklaring hiervoor is heel simpel: onze moderne maatschappijen is gebouwd en ontwikkeld op basis van technologie. En hoe ontstaat technologie? Door wetenschap, door wetenschap te bedrijven en wetenschappelijke ontdekkingen doen. Wij mogen grote wetenschappers als Newton, Maxwell, Planck en Einstein op onze knieën bedanken voor hun ontdekkingen. Zonder hun werk zouden wij hier niet staan en zou onze wereld er anders hebben uitgezien. Het is de wetenschap, het verlichtende denken dat leidt tot verheffing van naties en op sommige punten zelfs verheffing van de mensheid. En het is deze verheffing, dit verlichtingsdenken dat vaak ten koste gaat van het geloof in een hogere macht. Dit is een goed punt om bij stil te staan,
hoe komt het toch dat wij nog steeds denken in termen van een hogere macht?
De franse filosoof
Voltaire wordt beschouwd als een typische verlichtingsdenker. In zijn tijd was hij een van de grote denkers van zijn tijd, naast
Jean-Jacques Rousseau en
Denis Diderot. In zijn werk
Philosophical Dictionary staat het volgende geschreven onder de noemer
Religie:
If the religion he announces is true, will transports of rage and insolence make it any truer? Should one lose one's temper while saying that people should be gentle, patient, beneficient, just, and fulfil all the duties of society? No, because everybody agrees with you.
De ironie van religie is dat wat in de 'heilige geschriften' staat geschreven louter vaak hetzelfde uitgangspunt kent als sociaal wenselijk gedrag cq. moreel gedrag. In oude tijden werd een zekere hoeveelheid aan macht toegeschreven aan religie. Het dicteerde in zekere zin morele gedragingen zoals die enkel acceptabel waren in de ogen van god, want aan het einde van ieders leven moet je boete doen voor je gedragingen en zal je door petrus worden beoordeeld of je de hemel mag toetreden (naar mijn weten is dit het idee van het christendom?).
In onze verwetenschappelijkte maatschappij erkennen wij deze gedachtegang niet meer als valide, omdat wij dankzij verschillende perioden van verlichting op een rationele manier hebben leren denken en op een rationele wijze geleerd onze wereld te aanschouwen. Hoe komt het dan dat wij nog steeds denken in termen van een hogere macht? Is het ons besef dat wij maar een mens zijn dat wij in staat zijn om dit gegeven te onderscheiden van de omvang van het heelal? Of bevindt zich in ons conform het sociale wezen dat wij zijn, de drang om ons te kunnen verbinden met alle andere wezens op een "hoger niveau"?
Het is fascinerend om het leven op rationele wijze te aanschouwen om tot de conclusie te komen dat het leven enkel op irrationele wijze geleefd kan worden. Elk proces kan via de wetenschappelijke methode worden onderzocht, terwijl de essentie van het onderzochte wellicht nooit op een dergelijke kan worden vastgesteld, het kan louter op irrationele wijze, door middel van gevoel worden ervaren. Het is dit gegeven dat wellicht de deur des levens op een kier laat staan voor het ontwikkelen van een volstrekt irrationele conclusie van het leven, dat hierdoor het geloof tot stand komt. Geloven, voelen, ervan overtuigt zijn dat alles wat op wetenschappelijke wijze kan worden aangetoond louter een methode is om een object te onderzoeken, maar dat de essentie van het object enkel op een metafysisch niveau kan worden ervaren.
De opkomst van wetenschap is gelijk op gegaan met de teloorgang van religie, of althans van diens macht. Wetenschap is het woord van vandaag, als iets op wetenschappelijke cq. empirische wijze kan worden aangetoond, dan wordt het voor waarheid aangenomen en worden er keuzes gemaakt. Toch blijven er nog steeds mensen volhouden dat allerlei ziekten het gevolg zijn van dergelijke ontwikkelingen; dat door bepaalde toevoegingen allerlei 'onverklaarbare' ziekten ontstaan. Het is alsof deze mensen de wetenschap weigeren te accepteren en blijven volhouden aan hun eigen principes. Gelukkig leven wij in een maatschappij waar de vrijheid van het individu ten alle tijden gewaarborgd is, iets wat in andere landen vrij lastig is. Dit geeft echter stof tot nadenken. Er is een zogenaamde holistische denkwijze waarbij mensen denken dat natuurlijke systemen bestaan uit een geheel en door het reduceren van dergelijke systemen tot diens elementen is geen verklaring voor de werking van het systeem.
Toegegeven, wat ik hierboven schreef kan in zekere zin worden geïnterpreteerd als dat het suggereert naar een holistische denkwijze. Ik heb mijn eigen standpunt op dit punt nog niet heel helder voor wat betreft onze menselijke denkwijze van ons menselijk leven. Echter ben ik sterk van mening dat binnen de exacte wetenschap absoluut geen ruimte is voor een holistische danwel andersoortige denkwijze. Het is zo makkelijk te stellen dat de opkomst van wetenschap de oorzaak is van allerlei ziekten. Deze redenatie stoelt op hetzelfde concept als 1 + 1 = 2; het is een louter causaal verband dat in onze hedendaagse maatschappij meer bepaalde ziekten voorkomen dan x jaar geleden toen er net werd begonnen met het registreren van alle verschillende ziekten.
Los van het feit dat er een scala aan mogelijke verklaringen zijn voor dit fenomeen, wil ik echter teruggaan naar de complexe patstelling dat ogenschijnlijk bestaat tussen onze ratio en ons bewustzijn. Waar het holisme pretendeert de oplossing te bieden, met name in het zogenaamde "new-age denken", geeft de wetenschap ons als mensheid houvast aan het creëren van een begripsvorming van alle complexe facetten van ons leven. Maar tegelijk met die begripsvorming blijft er nog steeds een hoop onbegrijpbaar. De wetenschap is in dit licht bezien niks meer en niks minder dan een model dat ons in staat stelt om binnen de menselijke epistemologie een begripsvorming te maken op basis van een theorie, terwijl het nog altijd een theorie is en nooit een volledige reflectie zal kunnen zijn van de werkelijkheid.
Wat is dan die werkelijkheid? Is religie de manier om tot die werkelijkheid te komen? Kan die werkelijkheid op rationele wijze worden omvat binnen het menselijk denkvermogen, of is die werkelijkheid te complex om te bevatten binnen het menselijk denkvermogen?
De wetenschap biedt ons een denkframe aan; een denkframe dat ieder individu in staat stelt om een aspect van de werkelijkheid te kunnen begrijpen. Maar het begrijpen van de werkelijkheid is iets wat ik niet verwacht dat mogelijk ligt binnen het menselijk denkvermogen. In metafysische termen omvat de werkelijkheid iedere dimensie van de realiteit; vanaf elk niveau van materie, of dat nou kwantumniveau is of atomair niveau, tot aan het stellair niveau waarin hele melkwegstelsels bestaan. Dát beschouw ik als de werkelijkheid, los van het concept van de tijd-ruimte dimensie.
Religie daarentegen is volgens velen de werkelijkheid zoals die bestaat, los van ieder niveau. En dat is wat ik beschouw als de oorzaak waarom religie en wetenschap twee zijden van een munt zijn, waardoor ze nooit op een niveau met elkaar kunnen existeren. Religie kan niet worden omschreven in exacte termen. Het is een denkwijze over het bestaan van materie, over het bestaan van de realiteit. Waar de wetenschap deze omschrijft op reductionistische wijze door ieder niveau van de werkelijkheid te ontleden volgens de natuurwetten, gaat de religie uit van een meer holistische wijze van het bestaan van de realiteit waardoor er op irrationele wijze altijd gevoelsmatig een deel overblijft van de realiteit dat onverklaarbaar is.
Het is deze verhouding tot de realiteit dat naar mijn idee de oorzaak is van het hedendaagse demonisering van religie. Iedere keer wanneer mensen worden geconfronteerd met beelden uit een oorlogsgebied, of dat nou Iran of Irak is, of Shri Lanka of Sudan, iedere keer wanneer een terroristische organisatie terreurdaden uitvoert onder het mom van een bepaalde religie beschouwen wij in de verlichte westerse wereld dergelijke organisaties/individuen als mens-onwaardig, als barbaren die over geen enkele vorm van ontwikkeling beschikken. Hoe ironisch is het dat juist in deze landen waar religie van grote invloed is op de lokale cultuur, religie kan fungeren als leidraad voor ontwikkeling van deze landen. Landen waar op termijn wetenschap kan worden geïntroduceerd en waardoor mensen daar ook uiteindelijk de patstelling zullen ervaren tussen religie en wetenschap.
Er wordt weleens gesteld dat wetenschap ook een vorm van religie is. Ik vind dit een drogredenatie pur sang; religie en wetenschap kunnen samen nooit bestaan. Wetenschap gaat uit van het empirische, van het uitvoeren van observaties en het opstellen van een hypothese waaruit een theorie volgt. Religie is het irrationele element van ons bestaan, het is ontastbaar en juist daardoor is het lastig, zo niet onmogelijk om te stellen dat er geen hogere macht bestaat. Wij weten het nou eenmaal niet en mij dunkt dat wij dit nooit zullen weten.
All i know, is that i know nothing - Socrates
Mijn vrienden, dank voor het lezen van deze blog! Ik wens jullie allen een zeer fijne avond.
Een dikke knuffel van jullie semi-filosoof, Halbe!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten